In 2011 gaf bijna één op de vijf Nederlandse werknemers aan werk te doen waarbij zij regelmatig veel kracht moeten zetten bij tillen. Sectoren waarin veel en vaak wordt getild, zijn bijvoorbeeld de bouw, landbouw, industrie, transport en de gezondheidszorg. In 2005 gaven 840.000 werknemers aan regelmatig meer dan 25 kilogram te moeten tillen. Kortom: we tillen wat af met z’n allen in de BV Nederland.
Rugklachten, a never ending story?
Zolang werknemers tilarbeid verrichten, is er ook sprake van rugklachten. Het NCvB (Nederlands Centrum voor Beroepsziekten) telde in 2017 in totaal 198 beroepsziektemeldingen door rugklachten. De twee meest voorkomende groepen van rugklachten zijn daarbij aspecifieke lage rugklachten (oftewel: geen duidelijke oorzaak aanwijsbaar) en de hernia in de onderrug (lumbosacraal radiculair syndroom). Voor beroepsziekten aan de rug zijn de drie meest gerapporteerde werk gerelateerde oorzaken:
- Tillen en dragen (36%)
- Werken in ongemakkelijke houdingen, onder andere gebogen romp of nek (25%)
- Duwen en trekken van onder andere rollend materieel (13%).
Een interessante maar lastige vraag is of het aantal beroepsziekten aan de rug in de loop der jaren afneemt. Zo laten cijfers van 2014 een vergelijkbaar aantal zien als in 2017. Maar er gaan stemmen op dat veel onderzoek en aandacht voor rugklachten ertoe heeft geleid dat daardoor deze diagnose vaker is gesteld. Ook het rapport van de gezondheidsraad over tillen (https://www.gezondheidsraad.nl/documenten/adviezen/2012/12/20/tillen-tijdens-werk) uit 2012 heeft in dit kader veel stof doen opwaaien. Al met al lijkt het absolute aantal rugklachten in de beroepsziekten overzichten redelijk stabiel. Daarentegen neemt het aandeel RSI en vooral het aandeel psychische beroepsziekten juist toe. Toch blijven rugklachten sinds jaar en dag ‘hoog’ scoren. Je zou kunnen zeggen: rugklachten vormen een ‘stabiele’ factor.
Let op: Je tilt jezelf!
Tillen wordt vaak gezien als het handmatig verplaatsen van lasten tussen 3 en 25 kilo. De grens van 25 kilo wordt vaak aangehouden als bovengrens, maar er zijn veel sectoren waar dit in de praktijk lastig haalbaar is. In de zorg wegen patiënten vaak 80 kilo of meer en in de bouw is niet bij ieder te plaatsen kozijn een kraan aanwezig. Wat echter vaak wordt vergeten is dat het meeste gewicht dat getild wordt de eigen romp is. Als je je pen laat vallen en je bukt om deze op te rapen van de grond, til je niet alleen je pen van 20 gram maar door het buigen til je ook je eigen romp van 30 kilo. Als je vanuit dit oogpunt nader kijkt naar een champignonplukker, dan realiseer je je dat champignons misschien weinig wegen, maar de eigen romp wel veel weegt. Een champignonplukker tilt dus eigenlijk vele duizenden kilo’s op een werkdag! De gezondheidsraad gaf in haar rapport aan dat aantoonbaar meer gezondheidsrisico’s ontstaan bij het regelmatig tillen van gewichten van 10 kg en meer. Dat lijkt weinig, maar daar moet je dus steeds het gewicht van je eigen romp bij optellen. Ja, dan hebben we het ineens over een veel groter tilgewicht. In dit kader is ook de jurisprudentie van belang. Met andere woorden: wat zegt de rechter hierover? Een beruchte zaak waar veel aan wordt gerefereerd stamt uit 1998. Aan een medewerker van een restaurant werd gevraagd twee collega’s te helpen bij het tillen van een zware oven (200 kilogram). Enige tijd later kreeg hij rugklachten en raakte hij volledig arbeidsongeschikt. De medewerker stelde zijn werkgever daarvoor aansprakelijk. Die weigerde de geleden schade van de werknemer te vergoeden waarna de werknemer naar de rechter stapte. De kantonrechter gaf de werknemer gelijk en veroordeelde de werkgever tot het betalen van een vergoeding. Kort daarna heeft de Inspectie SZW de NIOSH als richtlijn overgenomen in haar handhavingsbeleid en ook dat je maximaal 25 kg per persoon mag tillen en maximaal 50 kg met twee personen. Dus een oven van 200 kg met 8 personen tillen is vanuit dat oogpunt niet toegestaan.
Maar wat is dan de tilnorm?
In tegenstelling tot wat veel mensen denken: er is geen tilnorm! Nergens in wet- en regelgeving staat hoeveel kilo je maximaal mag tillen op je werk. Het is daarom dat de Gezondheidsraad in 2012 het genoemde onderzoek heeft laten doen. De kernvraag was of er een maximaal tilgewicht vast te stellen is waarbij klachten aan de lage rug voorkómen worden. Als referentie werd daarbij gekeken naar het vóórkomen van klachten. Met andere woorden: wat laat onderzoek zien over tilarbeid en het optreden van rugklachten in de 12 maanden na de belasting. Een eerste bevinding was dat dit bij ongeveer een kwart van de mensen met lage rugklachten tot chronische klachten kan leiden met nadelige gezondheidseffecten. Chronische klachten leiden weer tot beroepsziekten en die wil je nu juist vermijden. Er staat geen norm in de Nederlandse wet- en regelgeving. In dezelfde wet- en regelgeving wordt wel verwezen naar een formule om tilsituaties mee te kunnen beoordelen. De genoemde NIOSH-formule is een internationaal geaccepteerde rekenmethode om risicovolle belasting bij een tiltaak te voorkómen. De Gezondheidsraad raadt daarom aan de NIOSH formule te hanteren als best beschikbare instrument om het ontstaan van rugklachten te voorkómen. De FNV stelt hiervoor een gratis NIOSH rekentool ter beschikking via: http://www.arbobondgenoten.nl/arbothem/lichblst/lift.htm . Er zijn daarnaast nog allerlei andere normen waar je naar kunt kijken, bijvoorbeeld de ISO11228-1. Deze norm geeft tilwaarden en houdt rekening met de intensiteit, frequentie en duur van de taak. Het vasthouden van lasten, duwen of trekken, tillen met één hand of zittend en tillen met meerdere personen komen hier niet aan bod. Ook is in de EU de NEN1005-2 ontwikkeld. Deze norm richt zich vooral op ontwerpers van machines en machineonderdelen.
De NIOSH norm en de NIOSH methode
Als het erop neer komt dat NIOSH het ijkpunt is, laten we deze aanpak dan nog eens onder de loep nemen. Allereerst toetst de methode de norm, dus de norm zit als het ware ingebakken in de methode. Dat is lekker makkelijk. Nu horen we vaak dat je niet meer dan 25 kg mag tillen en NIOSH gaat uit van 23 kg, hoe zit dat dan? Dat zit zo: Amerikaanse wetenschappers kwamen erachter dat je vanaf een bepaalde rug belasting bij tillen aantoonbaar schade oploopt aan je tussenwervelschijven. Toen vroegen ze zich af: wat is dan de veilige marge? Ze wisten dat niet precies. Uiteindelijk hebben ze afgesproken: we nemen de helft van de grenswaarde waarbij je direct kans loopt op schade in je onderrug. Deze waarde bleek overeen te komen met het tillen van 50 Amerikaanse ponden, want in Amerika werken ze niet met kilo’s. En je raadt het al: 50 Amerikaanse ponden, dat is 23 kg. Je kunt er gerust van uitgaan dat als het Europese wetenschappers geweest zouden zijn dat de grenswaarde dan 25 kg geworden zou zijn. Als je het zo leest, dan lijkt de grensaarde wat toevallig ontstaan te zijn, maar in grote lijnen klopt deze toch echt wel. De Gezondheidsraad concludeert dat het tillen vanaf 10 kilo kan leiden tot een verhoogd risico zodanig dat ongeveer 13% van de tillers in het jaar daarna enige vorm van lage rugklachten ervaart. Dit ten opzichte van personen die niet tillen. Voor 23 kilogram, wat volgens de NIOSH-formule het maximale gewicht is dat onder optimale omstandigheden kan worden getild, bedraagt dit verhoogde risico 32%. Dus al met al biedt NIOSH niet alleen een werkbare grenswaarde en werkbare tool, maar ook een aanpak die wereldwijd de meest geaccepteerde aanpak is. En dat is mooi meegenomen.
Top 5 tips voor tillen:
- Voor risicobeoordeling hoef je eigenlijk maar één ding te onthouden: als je een risico vermoedt, pas de NIOSH norm en NIOSH methode toe. Voldoe je aan die norm, dan zit je goed.
- Bij tilgewichten hoger dan 11 kg neemt het risico op gezondheidsschade aantoonbaar toe (aldus de Gezondheidsraad).
- Let ook op met bukken. Als je iets optilt terwijl je bukt, til je dus ook je eigen romp en die weegt 30 kg!
- Voorkomen van tillen is van groot belang, bijvoorbeeld door lasten te dragen (bv met schouderband), te duwen of te trekken (bv op een kar leggen).
- Wees bij inkoop scherp op tilgewichten (liever 2 zakken van 12,5 kg dan één zak van 25 kg).
Wilt u meer weten of praktische hulp en adviezen met betrekking tot tillen? Neem contact op met Kees Peereboom.